Menno & Marnix: Delft - India
Delhi, India, 13 november 2000
Dag allemaal,
We hebben het gehaald !!!
We zijn in Delhi !!! 12.343 km verderop. Het eendje heeft zich prima gehouden, nog geen
lekke band gehad! Alles bij elkaar hebben we misschien twee uur aan de eend gewerkt onderweg: het gas bleef af en
toe een beetje hangen, we hebben de gasveer strakker gezet, het achterspatbord begon los te laten, met wat potnagels
hebben we het spatboard weer vast laten zetten, het mechanisme voor het stationair toerental was losgetrilt van de
carburateur, ik had dit onderdeel reserve en heb het weer snel kunnen repareren. Al met al zonder noemenswaardige
problemen van Delft naar Delhi gereden, nouja ikzelf had dit nooit durven dromen, ik had toch zeker wel verwacht dat
we pech zouden krijgen onderweg, zelf geen lekke band, ongelooflijk!!
Delhi was ons einddoel, wat we zouden doen als we eenmaal in Delhi waren hebben we nooit echt besproken. We hebben
nu besloten om de eend een tijdje in Delhi te laten staan en verder te reizen per trein en bus. Het verkeer is gevaarlijk in
India, de eend kan wel wat rust gebruiken, de benzine is ook vrij duur. Verder lijkt het ons erg leuk om ook het reizen per
trein en bus te ervaren, een hele andere manier van reizen. Over een paar dagen pakken we dus de trein, de eend heeft
een veilig plekkie op de camping in Delhi, we reizen zo'n twee a drie weken rond en dan reizen we weer richting Delhi om
het eendje op te halen om weer naar Nederland te rijden.
Goed, met mijn reisverslag loop ik inmiddels nogal achter, de vorige keer dat ik schreef waren we nog in Pakistan, Quetta,
nu inmiddels dus alweer in India, Delhi.
De volgende dag verlaten we Quetta weer, we zijn een beetje tot rust gekomen en we hebben zin om weer verder te rijden.
Tim op de Royal Enfield rijdt dus ook weer met ons mee, hij rijdt nog twee dagen met ons op, bij Dari Khazi Khan zal hij
afslaan richting Lahore in het oosten van Pakistan, wij gaan verder richting Peshawar, naar het noorden. Omdat we de
bergen vandaag een beetje willen vermijden en omdat we gehoord hebben dat de wegen door de bergen erg slecht zijn,
besluiten we een stuk om te rijden. Om de bergen te ontwijken moeten we in een soort driehoek om de bergen heenrijden,
we rijden richting het zuidoosten, terwijl we eigenlijk naar het oosten moeten. We staan vroeg op, we weten niet precies
hoe de wegen zullen zijn vandaag, en we moeten een behoorlijke afstand afleggen, zo'n 400 km. 400 km klinkt niet al te
veel, maar om 400 km door Pakistan te rijden is behoorlijk veel, je moet constant ezelkarren, paard en wagen, tractoren,
trucks enz inhalen, vaak zijn de wegen erg smal en kun je tijden lang niet inhalen, daarbij zijn de wegen vaak ook nog
eens beroerd slecht zodat je niet te snel kunt rijden. Als je geluk hebt haal je een snelheid van 50 km per uur gemiddeld.
Quetta ligt in de bergen, op zo'n 1300 m hoogte, dus we moeten eerst een tijdje afdalen om weer op de eindeloze vlaktes
te komen. Het berglandschap is wederom erg mooi, temeer omdat er ook een rivier langs de weg loopt, het is groen en
heuvelachtig hier, wel prettig om weer eens wat groen te zien, de route van Bam naar Quetta, zo'n 1000 km, was een
en al woestijn. Onderweg komen we veel kamelen karavanen tegen, een erg mooi gezicht, ze lopen met z'n allen achter
elkaar, bepakt en al, mensen op de rug etc. Als we langs een soort kamelen rustplaats komen stoppen we even om foto's
te maken, we tellen zo'n 25 kamelen. Als een van de Pakistanen ons wenkt lopen we richting de kamelen om nog wat
close-up foto's te maken. We beginnen een gesprekje in gebrekkig Engels. De Pakistaan vraagt of we op de rug van de
kameel willen zitten, natuurlijk nemen we z'n aanbod meteen aan. De kameel ligt een beetje te relaxen, ik klim voorzichtig
op z'n rug, dan komt hij omhoog, eerst de achterpoten half uitgeklapt, ik schiet naar voren, ik kan me nog net vasthouden
aan het zadel, dan komt gelukkig ook de voorkant omhoog, was ik toch bijna voorover van z'n rug gegleden, gelukkig ging
het net goed. Een stukje lopen, je zit erg hoog, ik denk wel zo'n drie meter, mooi uitzicht vanaf hier. Marnix wil het ook even
proberen, hij heeft gezien hoe ik er bijna aflazerde dus hij houdt zich goed vast. Tim heeft zoiets van laat maar. Na deze
aangename pauze rijden we weer verder, als we uit de bergen zijn komen we weer midden in de woestijn, we hadden
gehoopt dat we geen woestijn meer zouden krijgen, maar helaas. Het is heet, de weg is erg slecht, we moeten erg voorzichtig
rijden, de weg zit vol met gemene diepe gaten en een diep gat kan vataal zijn. Uren rijden we weer door de saaie, dorre droge
woestijn, aan het eind van de middag rijden we Jacobabad binnen, ons doel van vandaag. We weten niet eens of er een
hotel is hier maar we gaan maar eens even een kijkje nemen hier. De armoede komt ons weer tegemoet. De welvaart is
nog minder dan we gewend zijn in Pakistan, misschien dat het zuiden nog armer is dan de rest van het land. De stad
is stoffig, overal paard en wagen, ezelkarren, ossen, geiten, kippen, overbevolking, open riool, stank, vuilnis, ambachtelijke
arbeid enz. We zijn natuurlijk weer een grote trekpleister hier, blanken uit het westen met een gekke rode auto en een oude
motor, we worden omsingeld als we stoppen, we vragen iemand naar een hotel, wonder boven wonder spreekt hij een beetje
Engels en hij weet ook nog een hotel, hij spring op z'n brakke brommer en we volgen hem. Dwars door de ellende heen komen
we aan bij ons hotel. De eend kan op de binnenplaats, ik was al even bang dat ie op straat moest staan. We krijgen een kamer
in het VIP gedeelte van het hotel. Als dit het VIP gedeelte is, dan ben ik benieuwd hoe de rest eruit ziet, denk ik bij mezelf.
De hagedissen lopen over de muren, de vliegen en muggen vliegen in het rond en het stinkt, nouja het is maar voor een
nachtje en we hebben een bed, dus wat hebben we te klagen? 's Avonds gaan Marnix en ik het stadje even in, in het
centrum kun je nog goed de Engelse invloed zien, met name in de architectuur zie je het goed terug. We worden aangesproken
door een paar Pakistani, we moeten thee drinken met ze. Als we binnen komen bevinden we ons in een klein architectenbureautje,
er hangen allerlei tekeningen aan de muur en er staan wat maquettes, alles is met de hand getekend, geen computertekeningen,
het ziet er allemaal wat primitief uit, maar wel leuk om even te zien. Veel werk is er niet voor de architect, er wordt weinig
gebouwd in dit land. Als we weer verder lopen worden we aangesproken door een paar studenten, we wilden eigenlijk terug
naar het 'hotel' maar we gaan toch nog maar even wat drinken met ze. Ze laten ons het een en ander van het stadje zien,
we rijden een beetje rond met paard en wagen, dit is de taxi, we zien het station, een belangrijke moskee etc. Na de
sightseeing tour gaan we terug naar het hotel, Tim ligt al te slapen en we volgen zijn voorbeeld maar.
We staan vroeg op de volgende ochtend, weer een lange afstand vandaag. Het doel voor vandaag is Dera Ghazi Khan,
zo'n 350 km naar het noordoosten. Als we in Dera Ghazi Ghan zijn, zijn we dus om de bergen heen gereden. Om een
uur of 7.00 vertrekken we vanaf het hotel, we moeten eerst maar eens de stad uit. Het is al druk op de stoffige weggetjes
die door het stadje lopen. Zo druk dat we Tim op een gegeven moment zelfs kwijt zijn. We denken dat ie achter ons zit,
dus we stoppen even, maar hij komt maar niet, Marnix zal wel even gaan kijken waar Tim blijft, ik blijf in de eend zitten.
Al snel verzamelen zich kinderen om de eend heen, ze zijn op weg naar school. Marnix blijft voor mijn bevoel uren weg,
de massa wordt steeds groter, er staan wel honderd mensen om de eend heen, het is niet echt relaxed meer of zo. Dan zie
ik Tim door de mensenmassa heenkomen, hij was ons voorbij gereden dus we stonden voor niks te wachten, Marnix is er
ook weer, dus we kunnen weer verder rijden. Ik baan me een weg door de massa heen. Als we eenmaal weer op
de grote weg....
(wordt vervolgt...)
Deel 7: Delhi, India, 15 november 2000
|